Natuurlijk zijn de voetballers belangrijk. En ja, de trainer heeft ook een groot aandeel in het voetbal. Maar er is één man die nooit wordt genoemd in het succes van een sportclub: De materiaalman. De persoon die achter de schermen zorgt dat de ballen hard blijven en de t-shirts zacht, die zorgt dat de doelnetten heel blijven, de hoekvlaggen gestreken, de kleedkamer schoon. De materiaalman is onmisbaar maar krijgt zelden de erkenning. Behalve op 24 september, want dat is de Dag van de Materiaalman.
De Dag is uitgeroepen door columnist Sjoerd Mossou, die ooit in het Algemeen Dagblad pleitte voor zo'n Dag. Hij roept sportclubs die dag op om eens stil te staan bij het werk van hun materiaalman, en hoe belangrijk dat is voor het groepsgevoel van de club. Want volgens Mossou zouden clubs als Ajax en Feyenoord nooit zo groot zijn geworden zonder de materiaalmannen.
De Dag van Sport voor Ontwikkeling en Vrede is bedoeld om te gaan sporten, om te laten zien hoe belangrijk sport kan zijn voor verbroedering en vrede op de wereld.
Met denksporten kun je niet vroeg genoeg beginnen. Met name het schaakspel traint de grijze massa van kinderen op een ongekende wijze. Kinderen kunnen op $datum het spel beter onder de knie krijgen, want het is dan de Nationale Schoolschaakdag.
Er is iets hypnotiserends aan het kijken naar een klein plastic balletje dat over een tafel heen en weer wordt getikt door twee personen met batjes in hun hand.
